Weidegang is een van de manieren om ammoniakuitstoot te beperken. Mogelijk is dat de reden dat Berend Kramer, deelnemer Vruchtbare Kringloop Noord-Nederland Friesland goed scoort in de KringloopWijzer op het gebied van ammoniakemissie. Zijn koeien liep in 2019 180 dagen in de wei. “En dit jaar graasden onze koeien zelfs meer dan 200 dagen.”

De koe hoort in het landschap, vindt Berend Kramer. De 34-jarige melkveehouder kan zich niet voorstellen dat zijn dieren níet in de wei lopen. Weidegang gebeurt op de melkveehouderij in het Friese Oudehorne dan ook zolang het weer en de bodem het toelaten. “Ook nu nog inderdaad, alleen als het teveel heeft geregend houd ik ze binnen. Anders vertrappen ze de boel.”

Dat weidegang bijdraagt aan ammoniakemissie verminderen, is ‘mooi meegenomen maar niet het doel’. Kramer gaat het vooral om op het bedrijf ‘verliezen te beperken en nutriënten zo goed mogelijk te benutten’. “Dat is ook goed voor het bedrijfsrendement natuurlijk. Optimaal benutten kan dus door beweiding, maar ook doordat mijn opa minstens drie keer per dag de voergang veegt. En alleen krachtvoer toevoegen als het nodig is.”

Huiskavel van 40 hectare

Met een huiskavel van 40 hectare maakt het beweiden een stuk makkelijker volgens Kramer. “We hebben onze huiskavel steeds weten te vergroten. De koeien lopen zo vanuit de stal de wei in.” Beweiding gaat via omweiden: het weiland is verdeeld in 20 hectare voor beweiding en 20 hectare voor het maaien. Om en om wordt 20 hectare van de huiskavel ingepland voor weidegang, het andere blok wordt dan gemaaid. De 137 koeien krijgen op die manier steeds voldoende gras van goede kwaliteit.

6 tips voor beweiding
Van jongs af aan helpt de 34-jarige VKNN-deelnemer mee op het boerenbedrijf dat al generaties in handen is van de familie Kramer. Veel gaat op gevoel, bekent hij wanneer gevraagd wordt naar tips over beweiden. “Je kent je dieren, je weet wat ze nodig hebben, maar ik heb misschien wel een aantal tips.”

  1. Verwen de koe, bied iedere dag een nieuw stukje gras aan en neem de tijd voor weidegang.
  2. Zorg voor een in- en uitgang van een weideperceel. “Dat voorkomt versmering van modder en mest.”
  3. Zorg voor een schoon bord. “Weiden/maaien/weiden/maaien kan zorgen voor een smerig geheel op je land. Neem genoeg tijd om het blok bestemd voor maaien, te laten groeien. Dit kan door de koeien 5 of 6 keer op hetzelfde perceel te laten grazen door middel van tussentijds klepelen (klepelmaaier niet te diep afstellen). De klepelmaaier slaat de grastopjes eraf en legt gras neer. Dat laat de wei veel schoner achter. Ik merk ook dat de koeien er veel beter van vreten.
  4. De koeien gaan bij Kramer zoveel mogelijk de wei in. “Puur voor het ritme, ook al halen ze er niet meer zoveel voedingsstoffen uit. Bijvoeren gebeurt dan op stal.”
  5. Jongvee weiden vindt Kramer heel belangrijk. “Gras vreten in de wei moeten koeien leren. Bij mij gaan ze vanaf 17 maanden, na drachtonderzoek, de wei in.
  6. Het ureumgehalte zegt iets over het bijvoeren, zegt Kramer. “Niet te hoog en niet te laag, ik stuur bij via krachtvoer en mais, vooral ook op gevoel.”

Steun voor beweiden

De cijfers wisselen, maar weidegang kan leiden tot een forse ammoniakreductie. Zo becijferde de WUR in 2015 dat per uur weidegang de ammoniakemissie met 0,4 gram per ton melk en met 3,3 gram per koe daalt. Onder meer doordat mest in de wei minder in aanraking komt met urine. Ook nemen koeien in de weideperiode veel ruw eiwit uit vers gras op. Kramer: “Beweiding zou daarom meer gestimuleerd moeten worden. Ik ken bijvoorbeeld geen subsidieregeling voor beweiding, denk aan het aanleggen van veilige koepaden, een goede afrastering of watersysteem.”