Cijfers uit instrumenten als de Kringloopwijzer worden steeds belangrijker, constateert melkveehouder Dirk Jan Nell uit Kornjum. ‘Een project als Vruchtbare Kringsloop Noord-Nederland helpt je om inzicht te krijgen in de getallen. Én om er meer grip te krijgen, zodat je ze kunt beïnvloeden.’

Dirk Jan houdt 400 melkkoeien met bijbehorend jongvee op 125 hectare grasland, aangevuld met 20 hectare maïs en 7 hectare tarwe. De ondernemer vertelt hoe hij vanuit een extensieve bedrijfsvoering is overgestapt op een meer intensieve situatie: ‘Extensivering leidde tot een grasoverschot, waardoor we in feite te stikstofrijk gingen voeren aan ons jongvee. Nu we intensiever zijn, kunnen we ook de latere snedes aan onze koeien voeren. We komen nu beter uit met onze kengetallen. Belangrijk, want als je op de juiste manier op die kengetallen stuurt en daarmee bijvoorbeeld minder CO2 uitstoot, staat daar vanuit afnemers als Friesland Campina klinkende munt tegenover.’

Goede boerenpraktijk

CO2-reductie klinkt ook op andere manier door in de bedrijfsvoering van Dirk Jan. Zo ‘scoort’ hij sinds vorig jaar ook punten met de afname van gecertificeerde soja. Een goede boerenpraktijk wordt beloond, stelt de melkveehouder. Als aanvullend voorbeeld noemt hij een goede kuil, waar geen voedingsmiddelen uit verloren gaan. Dirk Jan: ‘Dankzij een project als de Vruchtbare Kringloop heb ik nu meer oog voor dat soort zaken. Er in studiegroepverband samen over praten is écht waardevol. Daar kan iedereen zijn voordeel mee doen.’

Veldexperiment

Dirk Jan faciliteert het veldexperiment dat vanuit zijn studiegroep is bedacht. Voor dat experiment is een perceel grasland in vier vakken verdeeld. In die vakken wordt gevarieerd met stikstofgiften én met de toediening van een wortelstimulerend calcium (PhysiomaX). Het experiment heeft een looptijd van twee jaar. Gedurende die periode wordt de opbrengst (drogestofgehalte, hoeveelheid eiwit e.d.) vanuit de verschillende vakken nauwlettend gevolgd.